Men kan zeggen dat de worstelsport in Nederland na de tweede
wereldoorlog tot redelijke bloei was gekomen. Het aantal clubs in
ons land was daarvan duidelijk een getuigenis. Veel van de huidige
generatie worstelaars zullen zelfs nooit hebben gehoord van de
hierna volgende namen van Nederlandse worstelclubs.
In de jaren vijftig van de vorige eeuw bedroeg het aantal worstelverenigingen in Nederland tenminste 49!
De meest vooraanstaande clubs, namelijk De Halter-Utrecht en Hercules-Amsterdam, waren met respectievelijk 4 en 6 clubs in hun stad, tevens het best vertegenwoordigd in Utrecht en Amsterdam. De opkomst van het fenomeen 'TELEVISIE' zal er waarschijnlijk niet vreemd aan zijn geweest dat de belangstelling voor de worstelsport (en daarmee de teruggang van het aantal worstelclubs in Nederland), langzaam maar zeker is teruggelopen. Maar met dit grote aantal clubs in den lande was het dan ook beslist geen uitzondering dat - in sommige gewichtsklassen - de inschrijvngen in de 2e Klasse Kampioenschappen vaak de 20 overschreden. Een extreem voorbeeld daarvan was in een bepaald jaar de inschrijving in het Lichtmiddengewicht van 54 deelnemers, waarvan er na de officiele weging 48 (ACHT-EN-VEERTIG) overbleven!!! Ja, er werden zelfs zoveel 2e Klasse kampioenschappen jaarlijks georganiseerd, dat men soms moeilijk een keus kon maken waaraan mee te doen.
Overigens bestonden kampioenschappen in de praktijk uit een 1e en 2e klasse. Eerste klasse worstelaar werd je pas als je in een tijdvak van een jaar (dus niet in een kalenderjaar) een 1e prijs en een andere prijs had behaald. Een uitzondering daarop was de regel dat je ook tot de 1e Klasse kon promoveren als je (ook in het tijdvak van een jaar) drie keer een 2e Prijs had behaald. Sneu was het dan ook soms als een worstelaar en 1e Prijs had behaald, maar het volgende tournooi waarop hij een andere prijs won, net buiten dat tijdvak van een jaar viel. Althans, sneu voor hen die graag 1e Klasser wilden worden! Er waren namelijk ook worstelaars (die zich redelijk kansloos achtten in de 1e Klasse) die soms niet inschreven voor een 2e Klasse Kampioenschap omdat zij bang waren, met het winnen van een bepaalde prijs, naar de 1e Klasse zouden promoveren.
Een opsomming leert dat in volgorde van aantal, Amsterdam met 7 (ZEVEN) clubs overduidelijk aan kop ging! Opvallend is dat bij de naamgeving van nieuwe worstelclubs, de oprichters soms weinig creatief waren. Een voorbeeld van die geringe creativiteit mag blijken uit het feit dat er maar liefst ZES verenigingen waren die zich K.D.O. noemden! De namen HERCULES, SANDOW en ACHILLES werden ook niet minder dan vijf keer gekozen Bovendien waren er nog een aantal clubs, waarvan beiden dezelfde naam hadden.
Omdat De Halter in enkele gewichtsklassen over tenminste 4 tot 5 topworstelaars beschikte, hoeft het niet te verbazen dat De Halter op een gegeven moment met 4 teams in de kompetitie uitkwam. Dat betekende echter wel dat er in sommige gewichtsklassen geen werker van dat gewicht kon worden opgesteld. Het was dan ook de gewoonste zaak van de wereld dat Halterworstelaars vaak 1 of 2 gewichtsklassen hoger uitkwamen dan hun werkelijke gewicht. Logisch dus dat de concurrentie (vooral in in het Veder, Licht- en Lichtmiddengewicht) ronduit moordend was. Op een bepaald moment beschikte de club over maar liefst 6 tot 7 Veder- en Lichtgewichten, die onderling soms weinig in kracht voor elkaar onderdeden! Ook dit is, in de Haltergeschiedenis, de moeite waard om te weten.
Veel mensen in het Utrechtse weten het niet, of zijn het vergeten, maar de oorsprong van zowel De Halter, S.D.Z. en De Staalkoning ligt in de oeroude Utrechtse worstelvereniging "Olympia". Uit Olympia is in eerste instantie De Halter ontstaan. Later vond er in moedervereniging Olympia opnieuw een afscheiding plaats. De tweede afscheiding ging zelfstandig verder onder de naam S.D.Z.
De naam S.D.Z. stond voor Samenwerking Doet Zegevieren. Zij vonden voor hun trainingene en wedstrijden onderdak in het Ontspanningsgebouw van Werkspoor. Opmerkelijk was toch wel dat enkele prominente Olympia-leden later een belangrijke rol vervulden in de afgescheiden verenigingen. Zo was Cees van Tessel enkele jaren als voorzitter de drijvende kracht in de stormachtige ontwikkeling van De Halter.
Voor de ouderen onder ons moet bovenstaande foto een brok nostalgie zijn! Immers,hierop de oprichter en latere voorzitter van S.D.Z., Wim de Greef en de latere voorzitter van De Halter, Cees van Tessel,hier nog broederlijk verenigd met de prominente Frits Rosbag Sr. van Olympia. Jarenlang is waarschijnlijk onderbelicht gebleven, de enorme invloed welke mensen als Wim de Greef en Cees van Tessel hebben gehad op de naoorlogse ontwikkeling van het worstelen in Nederland. Onderstaande foto toont één van de eerste complete teams van Olympia-Utrecht van na de Tweede Wereldoorlog.
Vóór de Tweede Wereldoorlog telde de Bond nòg vijf krachtsportverenigingen, waarbij opvalt dat er ook in Amsterdam nog een club is geweest die de naam De Halter droeg. Waarmee er dus drie clubs zijn geweest met die naam. Het aantal clubs met de naam Hercules komt met die uit Eindhoven zelfs op zes! En omdat er ook in Culemborg een vereniging is geweest die zich Sandow noemde, komt het aantal clubs met die naam ook op zes.
Ook oud-Olympiaan Wim de Greef, die aan de wieg stond van de nieuwe club S.D.Z., wist zijn vereniging in slechts enkele jaren uit te bouwen tot een club met een enorme uitstraling. Vooral omdat S.D.Z. de aandacht speciaal had gericht op de jeugd, kwam er vandaar uit een enorme aanwas naar de senioren. Binnen de korste keren was S.D.Z. een vereniging waarmee ernstig rekening moest worden gehouden!
Op bovenstaande foto ziet u nog eens een Olympia-team uit de jaren '40. Bedacht moet wel worden dat er in die jaren minder gewichtsklassen waren. Bovendien waren dat ook nog eens de jongens die, bij een puntenpartij, wel 20 minuten op de mat stonden!
Gelukkig waren er ook bij De Halter mensen die het belang van de jeugd onderkenden, reden waarom er zulke enorme successen met de jeugd werden geboekt. Tweede van rechts (voor Wim de Greef) Cees van Rooijen. Ook hij voelde zich later geroepen tot het voorzitterschap van De Halter.
Club | Plaats |
---|---|
Hercules | Amsterdam |
S.S.S. | Amsterdam |
Ajax | Amsterdam |
Ursus | Amsterdam |
K.D.O. | Amsterdam |
D.O.K. | Amsterdam |
A.A.C. | Amsterdam |
De Halter | Amsterdam |
De Halter | Utrecht |
Olympia | Utrecht |
S.D.Z. | Utrecht |
De Staalkoning | Utrecht |
Simson | Den Haag |
K.D.O. | Den Haag |
Hercules | Den Haag |
U.D.I. | Den Haag |
De Germaan | Den Haag |
Club | Plaats |
---|---|
D.O.V. | Rotterdam |
Olympia | Rotterdam |
Wilhelmina Garde | Rotterdam |
Achilles | Arnhem |
Sandow | Arnhem |
Excelsior | Brunssum |
Limburgia | Brunssum |
Sandow | Culemborg |
S.D.V. | Culemborg |
Hercules | Deventer |
K.D.O. | Deventer |
Hercules | Eindhoven |
P.S.V. | Eindhoven |
Achilles | Haarlem |
H.K.V. | Haarlem |
De Nelson | IJsselstein |
Heracles | IJsselstein |
Club | Plaats |
---|---|
De Halter | Zaandam |
Sandow | Zaandam |
S.S.S. | Alkmaar |
D.O.K. | Beverwijk |
Sandow | Delft |
Hercules | Dordrecht |
Rigtersbleek | Enschede |
K.D.O. | Groningen |
K.D.O. | Hengelo |
Achilles | Krommenie |
Prins Hendrik | Schaesberg |
D.O.S. | Tegelen |
Achilles | Tiel |
K.D.O. | Venlo |
Achilles | Wormerveer |
Hercules | IJmuiden |
Sandow | Zutphen |
Sandow | Schiedam |
Longa | Raamsdonksveer |
M.K.S.V. | Maastricht |