De Staalkoning


Français  Deutsch  Deutsch  български  српски  Hrvatski  Dansk  Svenska  Türk  Suomi  Norsk  Italiano  English  English  русский  日本語  Polski  Slovenski  český  Român

logo De Scheuring in 1954

Een zwarte bladzijde in de geschiedenis van De Halter was de scheuring in 1954. Als betrokkene en één van de weinig overgebleven worstelaars uit die periode, lijkt het mij goed het verslag van deze periode nog completer te maken, hoewel het gevaar blijft bestaan dat zij die er toch iets anders over denken zich aangesproken voelen na zoveel jaren! Bij deze gebeurtenis is mij altijd een gevoel van (plaatsvervangende) schaamte bijgebleven voor het gedrag van bestuursleden en sporters, waarvan ik dacht dat zij het sport- en verenigingshart op de juiste plaats hadden zitten!

Voor alles wil ik echter duidelijk maken aan de lezers van mijn website dat ik (zoals vele anderen) altijd bewust het stilzwijgen heb bewaard over dit ernstigste conflict in de historie van De Halter. Lang heb ik dus geaarzeld of het iets zou toevoegen aan de website als ik de gebeurtenissen rond het uiteenvallen van de club in 1954, aan het papier zou toevertrouwen. Na lang wikken en wegen ben ik tot de conclusie gekomen dat het toch niet juist is als alleen maar de positieve feiten van een club worden weergegeven. En juist omdat het een reeks van gebeurtenissen waren waar niemand trots op heeft kunnen zijn, mag het duidelijk zijn dat ik (uit respect voor de privacy van betrokkenen en het feit dat sommigen niet meer onder ons zijn) bij het weergeven van dit deel van de Haltergeschiedenis de namen van de hoofdrolspelers in dit verenigingsdrama niet prijs zal geven.

Komend vanuit de bekrompen situatie op de Kaaszolder aan de Lange Nieuwstraat — waar de club alsmaar groeide, groter en sterker werd — kreeg zij op een zeker moment de beschikking over een ruimte aan de Bollenhofsestraat. De aannemer Stamhuis was bereid gebleken het pand aan de club te verhuren, onder de voorwaarde dat de complete verbouwing die noodzakelijk was (eigenlijk waren het vier muren met een dak erop!) geheel op kosten vam de club uitgevoerd zouden worden. Het blijft dan ook onbegrijpelijk, dat een club die als een man de schouders zette onder deze enorme klus, later door ernstige tweespalt uiteen kon vallen. Want afgezien van de financiele kosten welke met de verbouwing gepaard gingen, was de technische en fysieke uitvoering van de verbouwing voor De Halter geen enkel probleem. De club beschikte namelijk over eerste klas vakmensen op elk gebied! Stucadoors, electriciens, metselaars, timmerlieden, schilders, en ga zo maar door. Om het gebouw geschikt te maken als sportaccomodatie moesten er o.a. kleedkamers, douches, een bar/buffet en toiletten, maar ook nog nieuwe houten vloer komen. Kortom, een ongelofelijke klus, waarvoor veel leden hun vrije tijd opofferden.

Het uiteindelijke resultaat was dan ook een sportief onderkomen waar menige club jaloers op kon zijn. Men zegt wel eens dat het 'sterke benen zijn die de weelde kunnen dragen'! Met een sterk eerste team (en nog reserveteams daarachter), plus een bekwaam en voltallig bestuur, voelde iedereen zich opgestoten in de vaart der volkeren. Ook internationaal werd De Halter een gevreesde tegenstander, die het (als voorbeeld!) bestond liefst vijf vedergewichten te hebben welke nauwelijks voor elkaar onderdeden! Worstelaars die bij de club naar het tweede of zelfs derde plan werden gedrongen, zouden bij bijna elke andere club een hoofdrol vervuld hebben. In het kort kwam het erop neer dat de concurrentie bij De Halter moordend was; en de onderlinge rivaliteit bijna ongekend! Toch gaat het misschien te ver om dat als de belangrijkste oorzaak te zien van het ontstaan van twee rivaliserende groepen binnen de vereniging. Ernstige conflicten binnen het bestuur waren zo goed als zeker de oorzaak van de uiteindelijke breuk, in weerwil van diverse lijmpogingen van enkele goedwillende mensen.

Voor de goede orde (en een beter begrip) zij vermeldt dat de naam De Staalkoning afgeleid was van het sigarenmerk Staalkoning. Het merk werd geproduceerd bij de Utrechtse Sigarenfabriek “Denova”. Een van de prominenten van De Halter was in die periode bij de fabriek werkzaam en had er een belangrijk aandeel in dat het bedrijf haar personeelskantine voor de thuiswedstrijden van de nieuwe club beschikbaar stelde.

Maar ook werden, kennelijk als voorbereiding op het werven van zovéél mogelijk aanhangers voor de nieuw op te richten club, vooral worstelaars van de 1e Team-Selectie door mensen bezocht om hun keus te maken voor de nieuw op te richten club. Al snel deden dan ook geruchten de ronde dat het ‘af te scheiden deel van De Halter’, een nieuwe Utrechtse Krachtsportvereniging op gingen richten onder de naam “De Staalkoning”. Achteraf gezien zou je je zelfs kunnen afvragen hoelang tevoren de eerste man van de rebellerende groep (tòch de man welke al jaren als de basistrainer voor de klas stond!) met deze plannen heeft rondgelopen. Kijkend naar de situatie in die periode, de absolute eerste technische man bij De Halter en bovendien ook nog Trainer/Coach bij de K.N.K.B., dan is het heel goed verklaarbaar dat bij de Basis-Trainer van De Halter ontevredenheid is ontstaan met de positie welke hij innam bij De Halter.

In mijn persoonlijke indrukken van het conflict tussen deze beide mannen, staat mij nog helder voor de geest de situatie waarin zij als kemphanen tegenover elkaar stonden. Hier werd alleen maar duidelijker dat zij niet bereid waren een duimbreed toe te geven. (Sterke karakters zijn niet altijd de garantie voor een oplossing!) Wat zich tussen deze mannen heeft afgespeeld is mij — en misschien ook vele anderen —  nooit helemaal duidelijk geworden. Om aan te geven wat deze scheuring sportief heeft betekend voor De Halter, mag blijken uit de onderstaande foto van de selectie van De Staalkoning in 1954. Zóveel prominente worstelaars van De Halter zijn overgegaan naar die nieuwe club, dat gerust gesproken mocht worden van een complete amputatie! In mijn herinnering leeft het eerste treffen tussen De Staalkoning en moedervereniging De Halter voort als één van haat en nijd, waarin zelfs familieleden tegenover elkaar kwamen te staan. Helaas zagen we toen het slechtste in de mensen boven komen!

De Halterleden in 1944De Staalkoning - selectie van 1954
V.l.n.r.: Wim Alflen, Wim de Rooy, Frits Ockhuysen, Joop van Beurden, Leo Piek, Henk Emo, Jo de Nijs, Henk Parmentier, Jos Kruys, Henk de Nijs Jr., N.N., Jan Midavaine en Tom van Oort.

Hoewel de club later werd opgeheven en een aantal van de leden terugkeerden naar hun vroegere vereniging (de kern bestond uit zowel vroegere Halterleden als van Olympia overgekomen jongens), heerste er gedurende het bestaan van “De Staalkoning” een sfeer van bittere vijandschap! De onderlinge wedstrijden hadden — en vooral in de beginperiode — bar weinig met sportiviteit te maken.

Ja, je zou zelfs kunnen zeggen dat het de levens van sommigen heeft veranderd, in die zin dat zelfs jarenlange relaties erdoor werden beïnvloedt of werden verbroken. De conclusie blijft dat een (ogenschijnlijk) hechte gemeenschap als die van De Halter verscheurd kon worden.

De Halterleden in 1944De Halter tegen de Staalkoning in 1957
Halter team; Loek Alflen, Gerard Ram, Leo Piek, Louis van der Pijl, Cees Lit, Anton Geesink
Jan Ram, Henk Aflen, Dick van Ginkel, Dirk Luider, Cobus Aflen, Jan Mackaay
Staalkoning team; N.N., Wim Alflen, N.N., Jo de Nijs, Henk de Nijs, N.N.
Hennie Slinkers, N.N., N.N., N.N., N.N., N.N., N.N.
🠕